University College
ERFGOED
Zwingelput 4
University College
Nieuwenhof Het University College huist in het klooster van de Nieuwenhof. Op deze plek bouwden de begijnen in 1482 hun begijnhof, dicht tegen de tweede stadsmuur. De gotische kapel van de Nieuwenhof dateert uit de vijftiende eeuw, maar het kloostercomplex is in hoofdzaak zeventiende-eeuws. De toegangsdeur aan de Zwingelput heeft een fraaie Lodewijk XV deuromlijsting. De begijnen waren vrome vrouwen die een religieuze levenswijze beoefenden, die het midden hield tussen de kloosterlijke of de lekenstaat. In de loop van de zestiende eeuw ontwikkelde de begijnengemeenschap tot klooster van ‘tertiarissen van Sint Franciscus’. Aan het begin van de zeventiende eeuw was de Nieuwenhof een klooster waarin de nonnen een leven in contemplatie en gebed leidden met de ziekenzorg als enige wereldse activiteit. In de Franse tijd werd het klooster opgeheven. In 1796 kreeg de Nieuwenhof een nieuwe bestemming als R.K. Armenhuis voor de opvang van rooms-katholieke behoeftige halve wezen. Eind negentiende eeuw namen de Zusters van Liefde, in Maastricht beter bekend als de Zusters onder de Bogen, de meisjesafdeling onder hun hoede. Tot 1980 fungeerde de Nieuwenhof als kindertehuis. De universiteit nam het gebouwencomplex in 1982 na een ingrijpende renovatie in gebruik voor de huisvesting van de in 1979 opgerichte Faculteit der Rechtsgeleerdheid. Deze faculteit verhuisde in 1998 naar het voormalige Gouvernementsgebouw, waarna het University College de Nieuwenhof betrok. Bij de laatste verbouwing werd zoveel mogelijk gezocht naar aansluiting op het bestaande gebouw, zodat de ingrepen minimaal konden blijven. In de kapel kwam een collegezaal. Om de ruimtelijkheid te behouden werd de collegezaal als een houten meubel in de vrije ruimte geplaatst. De zaal is gericht naar het oksaal in plaats van naar het altaar. Meer over de laatste ingrijpende verbouwing van 2003-2006.
© 2024 Kunst- en erfgoedcommissie, Universiteit Maastricht